In drie jaar tijd 25% meer productie halen? Dat vraagt om innovatie en lef

 

APA Asfalt in Amsterdam produceerde vorig jaar 440.000 ton asfalt door bitumen te mengen met zand, vulstof, steenslag en hulpstoffen in een ‘warm proces’. Van het relatief koele ZOAB (150 °C) tot gietasfalt (bereid op 300 °C voor levering op 215 °C)… APA Asfalt levert het allemaal. Wij spraken met de verantwoordelijke voor het productieproces: Patrick Groenendijk. Ooit begonnen als shovelmachinist, en via acht jaar monteur en drie jaar procesoperator opgegroeid tot chef installatie. Of, zoals ze op de fabriek zeggen: molenbaas.

 

Hoe zit het productieproces in elkaar?

Het is vooral een mengproces, van boven naar beneden. We beginnen met het verwarmen en drogen van de steenslag. Dat gaat dan met een soort lopende band – de warme ladder naar een hoogte van 42 meter, bovenin de installatie. Dan via een systeem van zeven en weegbakken naar de menger. Daar kunnen we ook nog andere ingrediënten bijvoegen, zoals vulmiddel (fijne kalkstof) en kleurstoffen voor bijvoorbeeld rood asfalt.

 

‘Maar innoveren is risico nemen. En het is goed uitgepakt.’

 

In welk deel van het proces heeft Wivé bijgedragen?

Wivé helpt ons met slijtagepreventie in verschillende procesdelen, maar met name in de menger. Dat is net een cementmolen, maar dan ietsje groter: er gaat vier ton in. Hier schuurt het hete asfalt met steenslag en bitumen continu langs de wanden. Door gewicht, hardheid en temperatuur levert dit veel slijtage op. Tot voor kort gebruikten we voor de slijtagepreventie speciale platen met een opgelaste laag Vautid, maar dat voldeed niet meer.

 

Wat was er niet goed aan Vautid?

Door de groei van de productie liepen we tegen de grenzen aan. Eén keer per jaar leggen we de molen stil voor een complete revisie. De bekleding moet dan ook minstens één jaar meegaan. Dat lukte niet meer. Dus was ik zeer geïnteresseerd toen Ronald van Lent van Wivé vroeg: “We hebben wat nieuws, willen jullie het uitproberen?”. De innovatie van Wivé bestond uit keramische matjes die in de mal met het gietstaal worden meegegoten. Dus je krijgt wanden van gietstaal met een slijtlaag van keramiek.

Iets heel nieuws… was dat geen risico?

Het was even spannend, ja. We waren vooral bang voor breuk van het keramiek. Hoe harder het materaal, des te breekbaarder. Dus we hebben zeker onze nek uitgestoken met deze test. Voor hetzelfde geld kun je na een week het proces weer stil leggen om alles te vervangen. Maar innoveren is risico nemen. En gelukkig is het goed uitgepakt, want de menger ging keurig het hele jaar mee. Sterker, dit nieuwe product biedt ruimte voor verdere productiegroei naar 500.000 ton. Dus voorlopig kunnen we weer jaren verder!

 

Wivé vooraan met innovaties